De zelfingenomenheid die mensenlevens kost.
Het aapje dat geluk pakt. Arnon Grunberg. (uitg. De Bijenkorf. 87 p.)
Huiselijk geluk, verliefdheid op eigen vrouw en kinderen en een baan waarin je niet hoeft te werken zijn niet de slechtste omstandigheden die een mens kunnen treffen. Integendeel, wat wil je nog meer. En ook nog wonen in een exotisch land, waar elke dag de bommen ontploffen kilometers bij je vandaan. Waar je in je bewaakte villa niets van merkt en je je ook niet mee hoeft te bemoeien. Voor Jean Baptiste Warnke, tweede man op de Nederlandse ambassade in de hoofdstad van het Zui-Amerikaanse land P. is dit h?t leven. En hij is er dik tevreden mee.
Auteur Arnon Grunberg laat in zijn novelle Het aapje dat geluk grijpt deze idylle van zijn hoofdpersoon Warnke letterlijk uiteenspatten in een persoonlijk grimmig drama. In zijn boeiend en hecht gecomponeerde boek, soms aanstekelijk hilarisch, laat Grunberg zien waar zelfingenomenheid gecombineerd met romantische liefde toe kan leiden.
Arnon Grunberg kiest in de eerste helft van zijn novelle de satire als middel om de verwatenheid van de twee buitenlandse diplomaten in P. te fileren. Reactionaire taal, zelfingenomenheid over hun eigen onbedreigde positie in een land dat verscheurt wordt door een burgeroorlog, en zich meer zorgen makend om een geslaagde barbecue dan de dood van mensen bij een bomaanslag, kenmerken hun houding. De diplomaten, Jean Baptiste Warnke incluis, voelen zich thuis in het land, maar zijn er niet thuis. Warnke is met zijn idyllische leventje, waarin hij elke avond met zijn kinderen in bad zit en ze al 26 keer uit hetzelfde boekje voorleest, de na?veteit zelve. Zijn blik is alleen op zichzelf gericht. Een -boze- buitenwereld bestaat niet in zijn geest.
Grunberg schetst met zichtbaar plezier de onkritische opstelling van diplomaat Warnke, die zelfs van zichzelf durft te zeggen dat hij niets doet. Het is het antwoord op de vraag van een studente, die wil weten wat hij doet. 'Ik doe niets', zegt hij. En dat 'niets' kan veel betekenen. Niets, als een functie zonder werken. Niets, als een leeg leven. Niets, als in niets doen aan de toestand om hem heen. De studente legt het met hem aan in het caf? om de hoek, waar hij dagelijks genoeglijk een kopje koffie drinkt en even Newsweek inkijkt. Warnke wordt smoorverliefd. Maar heeft niet in de gaten dat hij erin geluisd wordt.
Zijn verliefdheid is bewust opgewekt door Malena, de studente, om hem te gebruiken in de ondergrondse strijd van de guerrillabeweging. Grunberg's plotwending van de huiselijke idylle van Warnke naar overspel met de bijbedoelingen van Malena is voorspelbaar. Snel is al duidelijk dat Warnke wordt misbruikt. En hij laat dat toe in zijn na?veteit, onwetend en onverschillig over wat er in het land gebeurt waar hij werkt.
Opeens verdwijnt Malena uit Warnke's leven, zonder gedag te zeggen. Hij ziet haar terug op tv als een van de gedode terroristen, die het personeel en bezoekers van de Japanse ambassade al enkele maanden gijzelden. Het leger heeft ze bij een bestorming allen gedood. Hij herkent haar aan een kettinkje om haar hals dat hij haar ooit geschonken had.
Warnke, het prototype van de onkreukbare ambtelijke diplomaat wordt ontslagen; ze weten van zijn dubbelrol, ook door foto's waarop Malena en hij samen meermalen te zien zijn in de dierentuin. Warnke verlaat vrouw en kinderen en gaat zwerven, als een paria door de straten en wijken van de stad, waar hij voordien het bestaan niet eens van vermoedde. Warnke, de saaie diplomaat ontdekt het echte leven van de Peruanen. Als hij bij toeval weer in contact komt met iemand van de guerrillabeweging luidt dat tot de onverwachte climax en einde van de novelle in.
Auteur Grunberg heeft een mooie novelle geschreven, waarin hij de spreuk Liefde maakt blind tot werkelijkheid maakt. Bewuste onkunde en zelfgenoegzaamheid zijn de menselijke eigenschappen waarmee Grunberg in deze novelle lijkt te zeggen: wie maakt zich druk om het leven van de medemens en daarmee om mensenlevens?
Auteur Arnon Grunberg laat in zijn novelle Het aapje dat geluk grijpt deze idylle van zijn hoofdpersoon Warnke letterlijk uiteenspatten in een persoonlijk grimmig drama. In zijn boeiend en hecht gecomponeerde boek, soms aanstekelijk hilarisch, laat Grunberg zien waar zelfingenomenheid gecombineerd met romantische liefde toe kan leiden.
Arnon Grunberg kiest in de eerste helft van zijn novelle de satire als middel om de verwatenheid van de twee buitenlandse diplomaten in P. te fileren. Reactionaire taal, zelfingenomenheid over hun eigen onbedreigde positie in een land dat verscheurt wordt door een burgeroorlog, en zich meer zorgen makend om een geslaagde barbecue dan de dood van mensen bij een bomaanslag, kenmerken hun houding. De diplomaten, Jean Baptiste Warnke incluis, voelen zich thuis in het land, maar zijn er niet thuis. Warnke is met zijn idyllische leventje, waarin hij elke avond met zijn kinderen in bad zit en ze al 26 keer uit hetzelfde boekje voorleest, de na?veteit zelve. Zijn blik is alleen op zichzelf gericht. Een -boze- buitenwereld bestaat niet in zijn geest.
Grunberg schetst met zichtbaar plezier de onkritische opstelling van diplomaat Warnke, die zelfs van zichzelf durft te zeggen dat hij niets doet. Het is het antwoord op de vraag van een studente, die wil weten wat hij doet. 'Ik doe niets', zegt hij. En dat 'niets' kan veel betekenen. Niets, als een functie zonder werken. Niets, als een leeg leven. Niets, als in niets doen aan de toestand om hem heen. De studente legt het met hem aan in het caf? om de hoek, waar hij dagelijks genoeglijk een kopje koffie drinkt en even Newsweek inkijkt. Warnke wordt smoorverliefd. Maar heeft niet in de gaten dat hij erin geluisd wordt.
Zijn verliefdheid is bewust opgewekt door Malena, de studente, om hem te gebruiken in de ondergrondse strijd van de guerrillabeweging. Grunberg's plotwending van de huiselijke idylle van Warnke naar overspel met de bijbedoelingen van Malena is voorspelbaar. Snel is al duidelijk dat Warnke wordt misbruikt. En hij laat dat toe in zijn na?veteit, onwetend en onverschillig over wat er in het land gebeurt waar hij werkt.
Opeens verdwijnt Malena uit Warnke's leven, zonder gedag te zeggen. Hij ziet haar terug op tv als een van de gedode terroristen, die het personeel en bezoekers van de Japanse ambassade al enkele maanden gijzelden. Het leger heeft ze bij een bestorming allen gedood. Hij herkent haar aan een kettinkje om haar hals dat hij haar ooit geschonken had.
Warnke, het prototype van de onkreukbare ambtelijke diplomaat wordt ontslagen; ze weten van zijn dubbelrol, ook door foto's waarop Malena en hij samen meermalen te zien zijn in de dierentuin. Warnke verlaat vrouw en kinderen en gaat zwerven, als een paria door de straten en wijken van de stad, waar hij voordien het bestaan niet eens van vermoedde. Warnke, de saaie diplomaat ontdekt het echte leven van de Peruanen. Als hij bij toeval weer in contact komt met iemand van de guerrillabeweging luidt dat tot de onverwachte climax en einde van de novelle in.
Auteur Grunberg heeft een mooie novelle geschreven, waarin hij de spreuk Liefde maakt blind tot werkelijkheid maakt. Bewuste onkunde en zelfgenoegzaamheid zijn de menselijke eigenschappen waarmee Grunberg in deze novelle lijkt te zeggen: wie maakt zich druk om het leven van de medemens en daarmee om mensenlevens?
10 maart 2004