Zo onschuldig als een chocoladefabriek.
Bhopal, 00.05 uur. Dominique Lapierre & Javier Moro (uitg. Lemniscaat, 420 p. ge?ll.)
Het is een even prachtig als schokkend boek, Bhopal 00.05 uur van twee Franse journalisten. In een goed leesbare vlotte stijl doen ze het gedetailleerde relaas van de grootste industri?le ramp in de wereldgeschiedenis, de ontploffing van een pesticidenfabriek in de Indiase stad Bhopal om vijf over twaalf middernacht, 3 december 1984. Dit boek is het resultaat van drie jaar onderzoek. Er wordt een kleurrijk beeld in gegeven van de Indiase samenleving in Bhopal. Zowel het leven in de aan het fabrieksterrein grenzende krottenwijken, met zijn hulpvaardige bevolking, wordt geschetst als de komst en verbijsterende nonchalance van de bedrijfsleiding van de fabriek. Twee ver van elkaar verwijderde werelden, die het noodlot zou samenbrengen. Naar schatting vonden tussen de 10.000 en 30.000 mensen de dood door de onzichtbare ontsnapte ’s werelds dodelijkste chemische stof: methyl isocyanaat.
Bhopal, 00.05 uur is een gedegen gedocumenteerde, journalistiek diepgravende reportage. Met personen die erbij betrokken waren als invalshoek. Dat geeft de tragedie een tastbaar, menselijk gezicht. Ontroerend, maar verschrikkelijk. Het verhaal van de krottenwijk Orya Bustee en over zijn markante bewoners, waar de fabriek vlak naast staat, voorkomt dat het boek een abstractie wordt. Het leven aan de zelfkant van de Indiase samenleving eindigend in een helledood, meeslepend beschreven als een onontkoombaar rampenscenario.
De komst van de fabriek in 1966 met de banen voor de plaatselijke bevolking is een zegen voor de stad. Opeens hebben arme Indi?rs uit de krottenwijken werk, veelal als koelis. Maar ook gestudeerde chemici krijgen alle kansen. De geboorte en groei van de multinational Union Carbide wordt geschetst aan de hand van hoe uitbreiding naar India plaatsvindt. Daar wordt verwacht veel Sevin, het geproduceerde pesticide tegen gewas aantastende insecten, te produceren en te verkopen. Een potenti?le goudmijn. Het grillige klimaat van dit subwerelddeel gooit roet in het ondernemerseten. Er valt vaak onvoldoende regen voor de groei van gewassen. Afzetgebied voor Sevin ontbreekt.
De grootste boosdoener van de latere ramp is methyl isocyanaat. Een uiterst dodelijke stof, noodzakelijk voor het maken van het pesticide Sevin. De stof moet gekoeld worden opgeslagen en is uiterst ontplofbaar. Het is de bedoeling dat dit in Bhopal op den duur zelf zal worden vervaardigd. In het begin van de aanloop van het productieproces wordt het uit de Verenigde Staten van het moederbedrijf betrokken. Het komt in schepen aan, die afmeren op afgelegen dokken in de haven van Bombay. Met vrachtauto’s onder escorte wordt het half India doorgereden, over slechte wegen, door dorpjes en steden, tot aan Bhopal. Er vinden 200 van zulke transporten plaats.
De productie van Sevin in Bhopal is vanaf het begin al en aaneenschakeling van incidenten. Giftige stoffen worden zonder filters geloosd naast de fabriek bij de krottenwijken. Vee en andere dieren die daarvan drinken vallen ogenblikkelijk dood neer. En dat terwijl de bouwers en beheerders vanaf het begin naaste bewoners voorhielden dat het bedrijf zo veilig is als een chocoladefabriek. Bij het aanvragen van de vergunning voor de bouw van de fabriek heeft Union Carbide essenti?le gegevens achter gehouden. Zo werd niet gezegd dat er een dodelijk gas werd geproduceerd. Ook werd verzuimd mee te delen dat bij calamiteiten chemicali?nwolken nagenoeg altijd richting de stad zouden drijven, vanwege de heersende windrichting in dat gebied. De fabriek werd gewoon aan de verkeerde kant van de stad neergezet, omdat daar de grond het allergoedkoopst was.
Er gebeuren diverse -dodelijke- ongevallen door lekkende leidingen en vaten, en niet goed beschermde werknemers. Een inspectie van het Amerikaanse moederbedrijf toont 100 ernstige gebreken in de veiligheid van de fabriek aan. Een journalist, die een eigen krant in Bhopal uitgeeft, gaat op onderzoek uit en schrijft er alarmerende berichten over. Hij voorspelt in de jaren 70 al een grote ramp. Niemand die naar hem luistert of zijn geschrijf serieus neemt. De Amerikaanse bedrijfsleider, die de veiligheid van de fabriek en zijn werknemers hoog in het vaandel heeft, wordt op last van de autoriteiten vervangen door een Indi?r.
Union Carbide heeft na alle droogte in het land niet meer de illusie nog enig rendement uit zijn bedrijf in Bhopal te halen en investeert er niet meer in. De Indische bedrijfsleider krijgt de opdracht flink te bezuinigen en kosten te besparen. Hij zet honderden mensen op straat. En hij bespaart op onderhoud van leidingen, tanks en apparatuur. Zelfs koeltanks met levensgevaarlijke chemicali?n laat hij uitschakelen om stroomkosten te drukken.
Het verhaal van Bhopal in het boek wordt afgewisseld met de persoonlijke lotgevallen van onder meer Padmini Nadar, een achtjarig meisje, dat met haar ouders van het arme platteland naar de krottenwijk in Bhopal is getrokken, hopend op werk. Haar escapades, onder meer als treinveegster op zoek naar eten en geld, zijn aanleiding om enkele andere misstanden in de Indiase samenleving bloot te leggen dan alleen het oogluikend toestaan van een dodelijke fabriek in een stad.
Dominique Lapierre en Javier Moro hebben een betrokken boek geschreven, waarin duidelijk hun standpunt naar voren komt: solidariteit met de getroffen bevolking. Maar tegelijkertijd hebben ze zoveel afstand genomen van de materie dat het geen klagend pamflet is geworden, maar een inzichtelijk relaas, waarin lineair wordt verteld hoe het begon met Union Carbide en hoe het aftakelde met de ramp als gevolg. Met alle menselijke drama's vandien.
De sc?nes van de ramp zijn ongemeen angstaanjagend plastisch beschreven. Mensen wisten niet wat hen overkwam, de gifwolk was onzichtbaar, richtte dodelijke verwoestingen aan. Ogen van mensen en dieren puilden uit, ze braakten bloed, longen en ingewanden uit, lieten alles lopen om na enkele minuten in een snijdende pijn te stikken. Volkomen machteloos om de dood te ontlopen renden mensen alle kanten op, soms recht tegen de gifwolk in. Vergeefs probeerden vier mannen over de rails hollend met lantaarns en vlaggen een aanstormende trein richting Bhopal tegen te houden. Vergeefs. Ze werden verpletterd door de locomotief. De doortastende perronopzichter in Bhopal sommeerde de machinist, nadat de trein was gestopt en niets vemoedende reizigers uitstapten de gifwolk tegemoet, snel te vertrekken. Zo werden nog enkele honderden mensenlevens gered.
Het gif deinde als op een laaghangend mistflard lijkende lange wolk door de atmosfeer, maar liet op sommige plekken en hoogten zuurstofgaten intact. Daarin konden mensen, onwetend van het wat en waarom, blijven ademhalen en overleven. Sommigen bonden natte doeken voor mond en neus en sleurden mensen naar plekken waar ze weer konden ademen. De gebeurtenissen tijdens de ramp trekken als een horrorfilm aan de lezer voorbij. Er is geen ontsnapping mogelijk.
Soms leest het boek als een roman als er personen worden opgevoerd, zoals Patmindi of de ‘burgemeester’ van de krottenwijk, de directieleden van Union Carbide of de beschrijvingen van toestanden op het platteland -de zelfmoorden onder de boeren-, het leven in de krottenwijk Orya Bustee en van de arbeiders in en rond de fabriek. Een kleurrijk portret van een samenleving aan de zelfkant, die ook nog eens zou eindigen in een apocalyps.
Bhopal 00.05 uur is het onopgesmukte, inzichtelijke en onthullende verhaal van de verschrikkelijke voorvallen die de grote ramp al voorspelden. Bhopal 00.05 uur is vooral het verhaal van nonchalance, nalatigheid, van onverschilligheid, onverantwoordelijkheid tegenover de medemens, gedreven door geldelijk gewin en persoonlijke eigenbelang. Objectief, afstandelijk, maar betrokken beschreven.
Een boek waarvan de koude huivering nog lang nasiddert.
Bhopal, 00.05 uur is een gedegen gedocumenteerde, journalistiek diepgravende reportage. Met personen die erbij betrokken waren als invalshoek. Dat geeft de tragedie een tastbaar, menselijk gezicht. Ontroerend, maar verschrikkelijk. Het verhaal van de krottenwijk Orya Bustee en over zijn markante bewoners, waar de fabriek vlak naast staat, voorkomt dat het boek een abstractie wordt. Het leven aan de zelfkant van de Indiase samenleving eindigend in een helledood, meeslepend beschreven als een onontkoombaar rampenscenario.
De komst van de fabriek in 1966 met de banen voor de plaatselijke bevolking is een zegen voor de stad. Opeens hebben arme Indi?rs uit de krottenwijken werk, veelal als koelis. Maar ook gestudeerde chemici krijgen alle kansen. De geboorte en groei van de multinational Union Carbide wordt geschetst aan de hand van hoe uitbreiding naar India plaatsvindt. Daar wordt verwacht veel Sevin, het geproduceerde pesticide tegen gewas aantastende insecten, te produceren en te verkopen. Een potenti?le goudmijn. Het grillige klimaat van dit subwerelddeel gooit roet in het ondernemerseten. Er valt vaak onvoldoende regen voor de groei van gewassen. Afzetgebied voor Sevin ontbreekt.
De grootste boosdoener van de latere ramp is methyl isocyanaat. Een uiterst dodelijke stof, noodzakelijk voor het maken van het pesticide Sevin. De stof moet gekoeld worden opgeslagen en is uiterst ontplofbaar. Het is de bedoeling dat dit in Bhopal op den duur zelf zal worden vervaardigd. In het begin van de aanloop van het productieproces wordt het uit de Verenigde Staten van het moederbedrijf betrokken. Het komt in schepen aan, die afmeren op afgelegen dokken in de haven van Bombay. Met vrachtauto’s onder escorte wordt het half India doorgereden, over slechte wegen, door dorpjes en steden, tot aan Bhopal. Er vinden 200 van zulke transporten plaats.
De productie van Sevin in Bhopal is vanaf het begin al en aaneenschakeling van incidenten. Giftige stoffen worden zonder filters geloosd naast de fabriek bij de krottenwijken. Vee en andere dieren die daarvan drinken vallen ogenblikkelijk dood neer. En dat terwijl de bouwers en beheerders vanaf het begin naaste bewoners voorhielden dat het bedrijf zo veilig is als een chocoladefabriek. Bij het aanvragen van de vergunning voor de bouw van de fabriek heeft Union Carbide essenti?le gegevens achter gehouden. Zo werd niet gezegd dat er een dodelijk gas werd geproduceerd. Ook werd verzuimd mee te delen dat bij calamiteiten chemicali?nwolken nagenoeg altijd richting de stad zouden drijven, vanwege de heersende windrichting in dat gebied. De fabriek werd gewoon aan de verkeerde kant van de stad neergezet, omdat daar de grond het allergoedkoopst was.
Er gebeuren diverse -dodelijke- ongevallen door lekkende leidingen en vaten, en niet goed beschermde werknemers. Een inspectie van het Amerikaanse moederbedrijf toont 100 ernstige gebreken in de veiligheid van de fabriek aan. Een journalist, die een eigen krant in Bhopal uitgeeft, gaat op onderzoek uit en schrijft er alarmerende berichten over. Hij voorspelt in de jaren 70 al een grote ramp. Niemand die naar hem luistert of zijn geschrijf serieus neemt. De Amerikaanse bedrijfsleider, die de veiligheid van de fabriek en zijn werknemers hoog in het vaandel heeft, wordt op last van de autoriteiten vervangen door een Indi?r.
Union Carbide heeft na alle droogte in het land niet meer de illusie nog enig rendement uit zijn bedrijf in Bhopal te halen en investeert er niet meer in. De Indische bedrijfsleider krijgt de opdracht flink te bezuinigen en kosten te besparen. Hij zet honderden mensen op straat. En hij bespaart op onderhoud van leidingen, tanks en apparatuur. Zelfs koeltanks met levensgevaarlijke chemicali?n laat hij uitschakelen om stroomkosten te drukken.
Het verhaal van Bhopal in het boek wordt afgewisseld met de persoonlijke lotgevallen van onder meer Padmini Nadar, een achtjarig meisje, dat met haar ouders van het arme platteland naar de krottenwijk in Bhopal is getrokken, hopend op werk. Haar escapades, onder meer als treinveegster op zoek naar eten en geld, zijn aanleiding om enkele andere misstanden in de Indiase samenleving bloot te leggen dan alleen het oogluikend toestaan van een dodelijke fabriek in een stad.
Dominique Lapierre en Javier Moro hebben een betrokken boek geschreven, waarin duidelijk hun standpunt naar voren komt: solidariteit met de getroffen bevolking. Maar tegelijkertijd hebben ze zoveel afstand genomen van de materie dat het geen klagend pamflet is geworden, maar een inzichtelijk relaas, waarin lineair wordt verteld hoe het begon met Union Carbide en hoe het aftakelde met de ramp als gevolg. Met alle menselijke drama's vandien.
De sc?nes van de ramp zijn ongemeen angstaanjagend plastisch beschreven. Mensen wisten niet wat hen overkwam, de gifwolk was onzichtbaar, richtte dodelijke verwoestingen aan. Ogen van mensen en dieren puilden uit, ze braakten bloed, longen en ingewanden uit, lieten alles lopen om na enkele minuten in een snijdende pijn te stikken. Volkomen machteloos om de dood te ontlopen renden mensen alle kanten op, soms recht tegen de gifwolk in. Vergeefs probeerden vier mannen over de rails hollend met lantaarns en vlaggen een aanstormende trein richting Bhopal tegen te houden. Vergeefs. Ze werden verpletterd door de locomotief. De doortastende perronopzichter in Bhopal sommeerde de machinist, nadat de trein was gestopt en niets vemoedende reizigers uitstapten de gifwolk tegemoet, snel te vertrekken. Zo werden nog enkele honderden mensenlevens gered.
Het gif deinde als op een laaghangend mistflard lijkende lange wolk door de atmosfeer, maar liet op sommige plekken en hoogten zuurstofgaten intact. Daarin konden mensen, onwetend van het wat en waarom, blijven ademhalen en overleven. Sommigen bonden natte doeken voor mond en neus en sleurden mensen naar plekken waar ze weer konden ademen. De gebeurtenissen tijdens de ramp trekken als een horrorfilm aan de lezer voorbij. Er is geen ontsnapping mogelijk.
Soms leest het boek als een roman als er personen worden opgevoerd, zoals Patmindi of de ‘burgemeester’ van de krottenwijk, de directieleden van Union Carbide of de beschrijvingen van toestanden op het platteland -de zelfmoorden onder de boeren-, het leven in de krottenwijk Orya Bustee en van de arbeiders in en rond de fabriek. Een kleurrijk portret van een samenleving aan de zelfkant, die ook nog eens zou eindigen in een apocalyps.
Bhopal 00.05 uur is het onopgesmukte, inzichtelijke en onthullende verhaal van de verschrikkelijke voorvallen die de grote ramp al voorspelden. Bhopal 00.05 uur is vooral het verhaal van nonchalance, nalatigheid, van onverschilligheid, onverantwoordelijkheid tegenover de medemens, gedreven door geldelijk gewin en persoonlijke eigenbelang. Objectief, afstandelijk, maar betrokken beschreven.
Een boek waarvan de koude huivering nog lang nasiddert.
4 juni 2004
lijkt me een leuk boek, we moesten voor school informatie zoeken over de ramp..Dit lijkt me de moeite waard!
door jeroen,
22 september 2004, 20:08